Want, waar voor gehuwden of geregistreerd partners in de wet is opgenomen dat er vergoedingsrechten kunnen ontstaan tijdens het huwelijk/geregistreerd partnerschap, kent de wet een vergelijkbare bepaling voor samenlevers niet. En ook de Hoge Raad helpt de samenlevers niet, want de bepalingen welke gelden voor gehuwden of geregistreerd partners worden door de Hoge Raad niet analoog op samenlevers toegepast. Samenlevers dienen het vergoedingsrecht dus zelf met elkaar te regelen. En dit wordt vaak vergeten. Zeker bij stellen die samenleven zonder samenlevingsovereenkomst.
En dit, terwijl ook bij samenlevers tijdens de relatie vaak geïnvesteerd wordt in een (vaak) gezamenlijke woning. Het gebeurt immers regelmatig dat een woning gezamenlijk wordt aangekocht maar dat één van partijen een groter deel van de aankoopsom betaalt dan de ander. Of dat de woning na aankoop grondig wordt verbouwd, welke verbouwing door één van partijen voor een groter gedeelte wordt gefinancierd dan door de ander.
De partij die meer investeert in de woning gaat er al snel vanuit dat hij of zij deze investering bij het eventueel later beëindigen van de relatie wel weer terug zal ontvangen, want de ander heeft daar toch geen recht op? En alhoewel gevoelsmatig dit zo geldt, kijkt de wetgever (en de rechters) hier toch net anders tegenaan.
Om het geïnvesteerde bedrag na beëindiging van de samenleving/relatie terug te kunnen ontvangen, moet degene die de investering heeft gedaan aantonen dat aan deze investering een overeenkomst ten grondslag lag. Of dat er sprake is van ongerechtvaardigde verrijking of een onverschuldigde betaling. En mocht dit allemaal niet lukken, dat dan kan de investerende partij nog proberen de rechter er van te overtuigen dat het niet redelijk en billijk is als hij of zij de investering niet terug ontvangt.
In de praktijk blijkt dit veelal onmogelijk.
Ten eerste omdat er eigenlijk nooit een overeenkomst tussen partijen wordt opgesteld waaruit een vergoedingsrecht blijkt.
En ten tweede omdat bij het ontbreken van een overeenkomst de administratie vaak dusdanig beperkt is dat niet meer te herleiden is wie wanneer wat heeft geïnvesteerd, zodat vaak feitelijk niet meer vast te stellen is wanneer de investering is gedaan, wie die heeft gedaan en ten behoeve waarvan. Laat staan dat je daarmede kunt aantonen dat er sprake is van een ongerechtvaardigde verrijking of een onverschuldigde betaling.
Kortom, samenlevers doen er goed aan om vergoedingsrechten met elkaar overeen te komen in een samenlevingsovereenkomst of een afzonderlijke overeenkomst op het moment van de investering. Ook doen ze er goed aan om een goede administratie bij te houden van de door ieder gedane investeringen en/of betalingen. Ontbreekt het hieraan dan zal het lastig worden om gedane investeringen na verloop van tijd nog terug te ontvangen.
Heb jij als samenlever ook geïnvesteerd in een gezamenlijke woning of in de woning van de ander en wil jij weten of je deze investering nog terug kunt ontvangen, mocht de relatie eindigen, neem dan gerust contact met mij of één van mijn collega’s op. Wij zoeken graag samen met jou uit of je nog ergens aanspraak op kunt maken en hoe je dit dan voor de toekomst zoveel als mogelijk veilig kunt stellen.